onderwerp:
word baas over je blaas
Ook plassen kan je oefenen. Dat klinkt misschien raar, maar toch is het zo. Door op een juiste manier te plassen, hou je rekening met je blaas. ‘Leren plassen’ helpt je om je ongewenst urineverlies of incontinentie beter te controleren.
word baas over je blaas
Urineverlies kan het gevolg zijn van foute plasgewoonten. We geven je graag een aantal tips om je plasgewoonten te verbeteren.
ontspan je op het toilet
Het is niet alleen belangrijk wanneer je gaat plassen … maar ook hoe. Plassen gaat een stuk makkelijker wanneer je ontspannen op het toilet zit. Adem rustig in en uit, maak je schouders los, zit goed rechtop, laat je knieën losjes uit elkaar en hou de voeten goed gesteund op de grond.
neem je tijd
Geef je blaas de tijd om zich volledig te ledigen zonder zelf te duwen. De blaas is namelijk een spier die zichzelf moet samentrekken om haar inhoud te kunnen lozen. Het heeft dus geen zin om te duwen door druk in je buik te creëren. Daardoor ontstaat er immers ook meer druk rond de plasbuis waardoor de urine moeilijker door kan. Na verloop van tijd verliest je blaas wat van haar kracht en kan je onder andere buikpijn krijgen. Onderbreek de straal tijdens het plassen niet, want dan verstoor je het natuurlijke ledigen van de blaas. “Snel even plassen” is dus niet altijd een goed idee. Ook niet bij incontinentie.
hol en bol
Het hol en bol maken van de onderrug is niet alleen een goede oefening voor de bekkenbodemspieren maar kan je ook op het toilet toepassen. Kantel zo een aantal keren je bekken en ga dan weer ontspannen rechtop zitten.
tip: drink genoeg
Denk niet dat je minder moet plassen wanneer je minder drinkt. Integendeel. Door te weinig te drinken wordt je urine sterker geconcentreerd waardoor de blaas geïrriteerd raakt en je net vaker moet plassen. Bovendien stijgt de kans op urineweginfecties en blaasontstekingen. Probeer daarom elke dag 1,5 tot 2 liter vocht op te nemen. Water is altijd goed!
meer dan je plasgewoonten alleen
Om aandrangincontinentie onder controle te krijgen, kan het nuttig zijn om – naast het versterken van de bekkenbodemspieren – ook de blaas zelf te trainen. Bij aandrangincontinentie geeft die immers het signaal om te plassen terwijl ze nog niet vol is. Als je toch elke keer gaat plassen, kan je blaas nooit haar normale blaascapaciteit ontwikkelen. Het is in dat geval nuttig om een aantal vaste plasgewoonten even kritisch in vraag te stellen, ook al pas je ze al jaren toe. Om te beginnen met hoe vaak je naar het toilet gaat. Zo voorkom je urineverlies.
Wil je graag weten hoe je je bekkenbodemspieren kan trainen? Ontdek onze oefeningen voor het sterker maken van je bekkenbodem.
verhoog je blaascapaciteit
Wist je dat een volle blaas zo’n 400 milliliter urine bevat? Dit kan je vergelijken met twee volle bekers. De normale blaasinhoud bij een volwassen vrouw varieert tussen de 200 en 500 ml. Als je blaas vol is, voel je aandrang om te gaan plassen.
Moet je plassen? Probeer het dan eens vijf tot tien minuten uit te stellen. Zet een stoeltje of krukje bij het toilet zodat je even kunt gaan zitten. Je plas uitstellen gaat namelijk makkelijker als je neerzit en zeker bent dat de redding nabij is. Van zodra de aandrang toch te hevig wordt, ga je op het toilet zitten. Adem rustig in en uit en probeer eerst nog even traag tot tien te tellen alvorens je plast. Noteer in je plasdagboek wanneer je de aandrang voelde, het tijdstip van plassen en of je eventueel last had van urineverlies. Zo’n dagboek vormt de perfecte leidraad om te zien hoe je plasgedrag evolueert. De bedoeling is om het plassen nu elke dag 5 tot 15 minuten uit te stellen tot er ongeveer 3-4 uur zit tussen de toiletbezoeken. Om het nog wat moeilijker te maken, kan je je hand onder de lopende kraan in de wasbak houden terwijl je verder probeert het plassen uit te stellen. Probeer ook het ‘plassen voor de zekerheid’ af te bouwen. De kans is klein dat je echt elke keer moet plassen wanneer je het huis uit gaat.
hoe vaak plassen?
Overdag is het normaal om 5 tot 6 keer te plassen, ‘s nachts eerder 0 tot 1 keer. Te vaak plassen kan hinderlijk zijn. Je blaas kan haar normale capaciteit verliezen als je aan het plassen toegeeft terwijl je blaas bijvoorbeeld minder dan 200 ml urine bevat.
Wacht echter ook niet te lang om te gaan plassen. Als je te lang wacht en je plast te weinig, neemt je blaasinhoud toe tot meer dan 500 ml. Hierdoor raakt je blaaswand op den duur overrekt. Je blaas kan dan niet meer krachtig samentrekken en wordt onvoldoende geleegd. Plan eventueel vaste tijdstippen in om naar het toilet te gaan.
tips voor goede plasgewoonten
- Plaats je voeten mooi gesteund op de grond.
- Hou je knieën ‘losjes’ van elkaar, en draag er geen spannende kleding over.
- Ga rechtop zitten. Je onderrug is dan wat holler.
- Laat je schouders loshangen en adem ontspannen.
- Ontspan je bekkenbodem zoveel mogelijk. Hoe meer je je bekkenbodem ontspant, hoe gemakkelijker de urine uit je blaas komt.
- Neem de tijd om je blaas volledig leeg te maken.
- Tracht niet te persen. Door mee te persen krijg je meer druk rond de plasbuis, waardoor de doorgang van urine moeilijker wordt.
- Stoor jouw blaas niet en onderbreek de urinestraal niet.
- Kantel je bekken een aantal keer om je blaas volledig leeg te maken. Maak hier hierbij je onderrug hol en bol.
- Ga daarna opnieuw rechtop zitten en ontspan zoveel mogelijk.
- Knijp tot slot de bekkenbodemspier aan en trek in.
- Veeg niet te veel met toiletpapier. Spoel liever na met wat water en dep daarna droog.
discreet advies op maat
Heb je vragen over incontinentie? Kom langs in een Goed thuiszorgwinkel voor advies op maat. Onze ervaren medewerkers helpen je discreet en deskundig verder.