10 signalen om dementie te herkennen

Lees hier hoe je dementie en de eerste signalen die hierop kunnen wijzen kan herkennen. Dit helpt om tijdig passende maatregelen te nemen. Herken je één of meerdere van deze signalen bij jezelf of iemand uit je omgeving? Contacteer zeker een arts. Weet wel dat beginnende dementie bij iedereen anders is, en dat de eerste verschijnselen ook een andere oorzaak kunnen hebben.

veranderingen in gedrag

Beginnende dementie uit zich meestal in (subtiele) gedragsveranderingen. Mensen die lijden aan dementie kunnen moeite hebben met het controleren van hun emoties. De stemming kan plots omslaan, en het is mogelijk dat de persoon ander of nieuw gedrag vertoont. Er kunnen ook gevoelens van verwarring, angst, depressie of achterdochtigheid ontstaan.

minder aandacht voor persoonlijke hygiëne

Iemand met beginnende dementie kan er plots onverzorgd uitzien, omdat hij minder zorg besteedt aan persoonlijke hygiëne. Vergeetachtigheid kan een reden zijn, maar het kan ook gebeuren dat dagelijkse handelingen plots (te)veel inspanning kosten. Ook verdorven voedsel in de koelkast kan hier een gevolg van zijn.

moeite met oriëntatie

Personen met dementie kunnen problemen hebben om zich te oriënteren in tijd en plaats. Ze raken bijvoorbeeld gemakkelijk de weg kwijt in bekende omgevingen. Of ze vergeten waar ze zijn en hoe ze daar geraakt zijn. Het gebeurt ook dat ze telkens vergeten welke dag het is of moeite hebben met het inschatten van tijd.

vergeetachtigheid

Vergeetachtigheid komt vaak voor bij verschillende vormen van dementie . Dit heeft te maken met het kortetermijngeheugen waardoor de persoon met dementie bijvoorbeeld regelmatig spullen kwijtraakt, snel nieuwe informatie of recente gebeurtenissen vergeet of vaak zal vragen om zaken te herhalen.

Natuurlijk vergeet iedereen weleens iets, zeker op oudere leeftijd. Je hoeft je dus niet meteen zorgen te maken als je iets vergeet. Bij dementie zijn de klachten erger en hebben ze een grote(re) invloed op het dagelijkse leven.

Maak je je zorgen over je geheugen of dat van iemand anders? Doe de geheugentest.

onrust en dwalen

Een gevoel van onrust treedt vaak op bij iemand met dementie. De persoon kan bijvoorbeeld snel afgeleid zijn of moeite hebben de aandacht ergens bij te houden. Dit kan ook gepaard gaan met onrustige bewegingen en de behoefte om rond te wandelen. Dit kan dan weer leiden tot slaapproblemen. Het wordt moeilijker om in slaap te vallen, waardoor de persoon met dementie soms uit bed gaat en begint te dwalen.

moeite met alledaagse handelingen

Gewone dingen die voorheen vanzelfsprekend waren, kunnen steeds moeilijker worden. Denk bijvoorbeeld aan boodschappen doen, opruimen of jezelf aankleden. Ook apparaten zoals een afstandsbediening of koffiezetapparaat bedienen kan moeilijk worden omdat de patiënt niet meer goed weet hoe het moet of omdat het niet meer eenvoudig is om nieuwe dingen aan te leren.

problemen met taal

Ook taalproblemen kunnen opduiken. De persoon met dementie vergeet steeds vaker namen of woorden en praten gebeurt ook minder vloeiend. Daardoor zal hij veel dingen herhalen, en wordt het moeilijker om een gesprek te volgen.

verminderd sociaal gedrag

Voor een persoon met dementie vergt het meer moeite om sociaal te zijn. Hij gaat sociale activiteiten vermijden en sociale contacten minder onderhouden. Dit kan onder andere te wijten zijn aan faalangst, vergeetachtigheid of een verlies van interesse in sociaal contact.

visuele problemen

De persoon met dementie kan moeite hebben om de omgeving, voorwerpen en zelfs gezichten te herkennen. Het kan ook moeilijker zijn om afstanden in te schatten of om het evenwicht te behouden. De oorzaak is een probleem in de hersenen waardoor het lastig wordt om visuele prikkels te verwerken.

verminderd beoordelingsvermogen

Door een verminderd beoordelingsvermogen wordt het lastiger om situaties in te schatten en keuzes of beslissingen te maken. Dit kan leiden tot onrealistische beslissingen of impulsieve acties zonder de gevolgen te overwegen. Sommige mensen met dementie kunnen daardoor bijvoorbeeld minder goed omgaan met geld.