onderwerp:
hoe kleine zorg toch groot(s) kan zijn
Denk bij het woord mantelzorger niet enkel aan het verstrekken van zware medische hulp. Al hoort die er in de meeste gevallen bij. Kleinere en ondersteunende zaken zijn eveneens essentieel voor het welbehagen van de patiënt. Van boodschappen doen en paperassen invullen tot een luisterend oor zijn … het is belangrijk dat de zorgbehoevende ook mentale en sociale bijstand krijgt. Dat is ook zo bij Johan. Hij is mantelzorger voor zijn 84-jarige vader bij wie een drietal jaar geleden dementie werd vastgesteld
‘De officiële diagnose kwam er drie jaar geleden. Daarvoor waren er al vermoedens dat het geheugen van mijn vader erop achteruit aan het gaan was. De periode van de lockdown was geen zegen. Mijn vader had elke weekdag nog sociaal contact en warm middageten met voormalige collega’s van het werk. Dat viel toen weg, en misschien heeft dat de aandoening wel versneld.’
nauw contact en overleg
‘In principe ga ik elke week minstens twee keer langs bij mijn vader: op donderdagnamiddag en een keer tijdens het weekend. Er komt elke werkdag een sociaal assistent om hem te wassen, zijn bed op te maken, wat te poetsen en zijn medicatiegebruik op te volgen. Zijn dagelijkse warme maaltijd krijgt hij aan huis geleverd. In het weekend is er nog extra controle op zijn medicatie. Ook de huisarts komt wekelijks langs. Iedereen schrijft alle vragen en bevindingen neer in een gemeenschappelijke agenda die in het huis van mijn vader ligt. Via e-mail heb ik contact met alle hulpverleners die langskomen.’
tijd, organisatie en hulpmiddelen
‘Zijn medicatie zorgt ervoor dat hij nog zelfstandig thuis kan blijven wonen in combinatie met de hulpverleners die langskomen. Zijn dementie wordt van heel nabij opgevolgd. De professionele bijstand van de sociaal assistent en thuisverpleging is daarbij heel belangrijk. Het zou praktisch onmogelijk zijn voor mij om al die taken er zelf bij te nemen. Toch is het nodig dat ik de situatie van dichtbij opvolg en mijn vader bezoek. Mijn aanwezigheid bezorgt hem mentale rust en het sociaal contact doet hem goed. Ik doe kleine klussen in zijn huis, betaal zijn rekeningen, ga met zijn voorschriften naar de apotheek, regel herstellingen, ben aanspreekpunt voor de hulpverleners en de arts … dat vraagt veel tijd en organisatie, maar ik kan het gelukkig combineren met mijn eigen gezin en mijn job. Al is dat niet altijd evident.’
‘Ondanks zijn dementie kan mijn vader zich nog vrij zelfstandig behelpen. Hij kan zelf gaan slapen en opstaan, nog tv-kijken, telefoneren, zijn boterhammen smeren, heeft structuur in zijn leven gevonden … Vaak is het een kwestie van zoeken en proberen. Hij kent perfect het ritme van een dagverloop, maar kon tot voor kort niet onthouden welke dag het was. Met een grote kalenderklok in huis hebben we dat probleem kunnen oplossen: hij weet nu ook steeds de juiste datum en dag.
'Zijn medicatie zorgt ervoor dat hij nog zelfstandig thuis kan blijven wonen in combinatie met de hulpverleners die langskomen.'
met hulp van de (klein)kinderen
‘Mijn vader herkent iedereen. Ik neem regelmatig mijn twee kinderen mee op bezoek tijdens het weekend. Ik moet er voor zorgen dat er altijd genoeg koffiekoeken in zijn diepvries zitten ‘voor als de kinderen komen’. Hij geniet echt van dat ritueel. Ik ben heel blij dat de zaken die ik voor mijn vader doe heel wat ergernissen wegnemen bij hem en dat hij zich daardoor beter op zijn gemak voelt. Zelfs door er gewoon voor hem te zijn bereik ik met mijn mantelzorg mooie dingen. Dat is ongetwijfeld de grootste beloning die ik me als mantelzorger kan wensen.’